Een lauwwarm gerecht uit de Indonesische keuken waarmee eindeloos gevarieerd kan worden.
Aantal personen: 2
150 gram (pandan)rijst
200 gram voorgekookte krieltjes  
150 gram kleine worteltjes, geschrapt en in de lengte gehalveerd
150 gram peultjes, afgehaald
75 gram taugé
4 kleine eieren
0,5 bakje Javaanse pindasaus (Conimex)
1/4 komkommer in plakjes
1 zakje emping* (soort kroepoek - toko)
1 lente-uitje, in schuine ringetjes gesneden

Kook de rijst met wat zout gaar volgens de gebruiksaanwijzing op de verpakking.
Kook ondertussen ook de voorgekookte krieltjes met de worteltjes in ca. 10 minuten gaar.
Voeg na ca. 3 minuten de peultjes toe.
Schep op het laatst de taugé erdoor, maar laat deze niet meer koken. Giet de groenten af en laat uitlekken, ze mogen best wat afkoelen.
Kook de eieren in ca. 8 minuten hard, pel ze en halveer ze in de lengte.
Verdun de pindasaus volgens de gebruiksaanwijzing op de verpakking en verwarm deze.
Verdeel de rijst over 2 borden, schep het aardappel- groentemengsel en de komkommer erop, leg de gehalveerde eieren erbij en strooi de emping (of kroepoek) erover.
Schep er wat pindasaus over en strooi de lente-uitjes erover.
Serveer de rest van de pindasaus er apart bij